
Welkom op onze website
Belastingsamenwerking West-Brabant regelt voor verschillede gemeenten in West-Brabant de heffing van onder andere de WOZ.
Gebleken is dat BWB de afgelopen jaren de waarde van woningen voor eigenaren vermoedelijk opzettelijk veel te hoog heeft vastgesteld. Zelf heb ik middels een schrijven van BWB bericht ontvangen dat mijn woning voor de jaren 2009 tot en met 2013 voor 63000 euro per jaar te hoog is gewaardeerd. Het gevolg hiervan is dat er te veel onroerende zaakbelasting, waterschapslasten en inkomstenbelasting (huurwaardeforfait) is betaald. Bezwaar maken voor de jaren 2009 tot en met 2012 gaat niet meer aangezien de aanslagen onherroepelijk vaststaan. In het verleden is er wel een aantal malen bezwaar gemaakt, maar deze bezwaren zijn van tafel geveegd middels mededeling dat na hertaxatie niet is gebleken dat de waarde te hoog was vastgesteld. Ook bezwaarschriften ingediend door bijvoorbeeld WOZspecialisten.nl hebben niet tot vermindering geleid. Daarbij komt dat WOZspecialisten termijnen voor het indienen van een beroepschrift lieten verlopen.
Vermoedelijk is ook de waarde voor de jaren 2014 en 2015 veel te hoog. Omdat niet elk pand wordt getaxeerd maar slechts enkele panden en vervolgens middels een vergelijking de waarde van de overige panden wordt vastgesteld is vermoedelijk voor een groot deel van de woningen in West-Brabant de waarde onjuist (veel te hoog) vastgesteld.
Veelal is er door eigenaren geen bezwaar ingediend dan wel zijn ingediende bezwaarschriften afgewezen.
Echter bezwaar en beroep loont ! Voor mij geldt dat ik wel in beroep ben gegaan voor het jaar 2013 en 1 dag voor de zitting deed BWB een compromis voorstel om de waarde met 63000 euro te verminderen.
Indien U geen bezwaar heeft gemaakt tegen de ontvangen WOZ beschikking of Uw bezwaarschrift is afgewezen, kunt u voor de jaren 2014 en 2015 eenvoudig een medebelanghebbende beschikking opvragen, waarna U na ontvangst van die medebelanghebbende beschikking wederom 6 weken de tijd heeft een bezwaarschrift in te dienen en na afwijzing daarvan in beroep te gaan bij de Rechtbank.
Voor de behandeling van een bezwaarschrift heeft BWB over het algemeen veel tijd ter beschikking. Echter voor de afgifte van een medebelanghebbende beschikking heeft BWB een termijn van 8 weken. Heeft U na 8 weken nog geen beschikking, stelt U BWB in gebreke met vermelding een beroep te doen op de Wet dwangsom, indien zij binnen twee weken nog steeds geen beschikking heeft afgegeven. Mocht de gemeente na twee weken nog steeds de beschikking niet hebben afgegeven, dan gaat een dwangsom lopen. De dwangsom bedraagt de eerste veertien dagen € 20 per dag, de daaropvolgende veertien dagen € 30 per dag en de overige dagen € 40 per dag met een maximum van 42 dagen.
De overheid moet in ieder geval degene die recht heeft op een dwangsom dit binnen twee weken na de laatste dag waarover dwangsom verschuldigd is meedelen. De overheid moet binnen zes weken na vaststelling van de dwangsom betalen. Van deze laatste twee termijnen mag niet worden afgeweken.
Gebleken is dat het afgeven van een medebelanghebbende beschikking veel tijd in beslag neemt. Indien voldoende mensen om een dergelijke beschikking vragen zal het BWB niet lukken dit binnen de gestelde termijn te regelen. Gevolg is dat met succes een beroep gedaan kan worden op de Wet Dwangsom en u mogelijk een deel van het ten onrechte betaalde belastinggeld eenvoudig terug verdient.